‘k was dertien en lijk alle joenge ventjes
had ik een hobby just lijk iedereen
‘k verzamelde doodsbeelekes en prentjes
uiteindelijk mankeerdek er nog een
jarenlang hem ik ne zoektocht g’houden
‘k vond het eindelijk op mijn sterfbed
dus als ge’t op de keeper gaat beschouwen
’t plezier daddis er af eens dachetet
geniet mor van het jagen en het vangen
dromen is plezant mor opgelet
smachten en kwijlen van verlangen … mor
t plezier dat is eraf ….. eens dachetet
vruger kreeg ne kleine een kadoke
bij ’t verjaren of met sinterklaas
met die goei traditie is gebroken
no more marsepijn of spekkelaas
nu word er zelfs nikske meer verboden
alles is voorzien op internet
g’hoevet simpelweg maar down te loaden mor
’t plezier dat is eraf eens dachedet
jagers stoeffen gere met trofeeen
v’r buit zijn ze v’r niemante nie bang
vissers hemme ook van die ideeen
palingen van twee drie meter lang
ik persoonlijk had maar een verlangen
ooit nen blauwe vinvis in mijn net
kem hem nu uiteindelik gevangen mor
’t plezier daddis er af eens dachemet
jagen kunde ook nog eens op rokken
mor blijft alstemblief goe bij de les
als ge stapelzot zijt van een mokke
en moet blijven wachten op succes
krijgde ze uiteindelijk te stekken
zegevierend knipte ze in’t bed
denkte bij u eigen potverdekke
’t plezier daddis er af eens dachezet
