Ge kent ze wel die opgetutte wijven
Zo’n kakmadammen echte stukskes stront
D’r mutte mee uw pollekes afblijven
D’n iq word uitgedrukt in blond
De vervaldatum is duidelijk overschreden
De plooien zijn vakkundig dichtgesmeerd
De borsten groeien ondanks naar beneden
Maar worden toch nog gedecoletteerd
Ze zijn zo schoon van verre maar verre van schoon Het vet dat is al jaren van de soep Maar ze doen het nog goe en ze zijn nog goe te doen Wie weet wat kruipt daar allemaal nog oep
Soms ziede ze bij boskes paraderen
In een taverne op de keyzerlei
Daar kunder u op eentje concentreren
Al moette jaren joenger zen lijk zij
Nen aap moette geen smoelen leren trekken
Ze kennen alle trukken van de foor
Iet maagdelijk dat zuldier nie ontdekken
Want z’emmen meer ervaring als een hoer
Van verre lijken ze zo’n vijfendertig
Wat dichterbij de sestig gepasseerd
Maar zoiet vraagde toch nie openhartig
Misschien zen ze maar just geopereerd
Vanachter is’t persiies een barbiepoepke
Van voren is’t een levendig fossiel
Maar trakteerde ze van tijd op een coupke
Bewijzen z’allemaal het tegendeel
